Ooit maakten mijn lief en ik wel deel uit van een vriendengroep. In het kleine dorpje waar we vandaan kwamen sowieso, omdat je daar iedereen kende en er zo weinig te doen was dat je je klasgenoten bij ieder social event tegenkwam. In de studentenstad waar we terecht kwamen werden we opgenomen in een groep, ook al voelde ik me altijd een beetje een buitenstaander omdat wij als enige niet iedereen van kinds af aan kenden en wisten wie wiens ouders waren. En vooruit, zelfs het buurtje waar we in terecht kwamen was als vriendengroep te beschouwen. We borrelden zo vaak we konden en in de lente, als het “feestseizoen” was begonnen zaten we ieder weekend in dezelfde samenstelling in een ander huis of andere tuin om een verjaardag te vieren.
Maar tegenwoordig heb ik toch vooral ‘losse’ mensen om me heen. Mensen die onderling niets met elkaar hebben en elkaar alleen kennen via mij. Doordat er geen gemeenschappelijke basis is zijn de gesprekken altijd divers en ontstaan er soms bijzondere dwarsverbanden. Zoals die keer toen twee mensen die ik op papier nooit aan elkaar zou hebben gelinkt ineens een gezamenlijke muzieksmaak ontdekten en elkaar waardevolle tips gaven. Het vrolijkte mijn hele dag op toen ik het bedankje daarvoor moest doorgeven.
Ook vandaag zijn ze er. Op de dag dat ik 25 jaar getrouwd zou zijn. De dag waarop ik mijn verjaardag besloot te vieren omdat ik niet weer zo’n gedenkdag wilde. De dag die dat toch stiekem een beetje werd.
Ze zijn er. Al die pluimages, al die verschillen.
De vriendin die ik al vanaf mijn dertiende ken en met wie ik nog altijd niet ben uitgepraat. Haar ex, die in de loop der jaren ook een dierbare vriendin is geworden. De achterneef en zijn vrouw, met wie we hernieuwd kennismaakten op een familiedag lang geleden en die bewezen dat familie ook vrienden kunnen zijn. De vriendin die lange tijd de moeder van een klasgenootje was zodat ik haar bijna niet meer durfde te vragen hoe ze eigenlijk heette. De buuv die me meesleept naar de sportschool, waar we allebei om onze eigen weerzin moeten lachen. De oud-buren met wie we het nodige lief en leed hebben meegemaakt. De moeder van een vriendin van de twintiger die van de weeromstuit zelf een vriendin werd. De buren bij wie we altijd terecht kunnen. De co-auteur die me leerde dat je helemaal niet zo moeilijk hoeft te doen over wanneer je iemand een vriend noemt. Zijn vriendin die me een keer in een gesprek omhelsde hoewel ze me nog helemaal niet goed kende. De oudcollega met wie ik ook buiten het werk een klik bleek te hebben. Allemaal waren ze er.
En degenen die er niet waren lieten weten hoe jammer ze dat vonden en dat ze aan ons dachten op deze rare dag.
Het maakte niet uit dat ze elkaar niet echt kenden, als vanzelf ontstonden er gesprekken, werd er gelachen en was het gezellig. Aan mijn gastvrouw-kwaliteiten heeft het niet gelegen. Ik stelde een paar mensen aan als “hoofd barbecue” en daarna bleek iedereen heel goed zelf voor zijn natje en droogje te kunnen zorgen. Er werd voor me opgeruimd en zelfs de vaatwasser werd aangezet. Ik hoefde alleen maar te kijken, te lachen en te praten. Ik sprak mensen die ik al lang niet meer had gezien en kletste verder met mensen die ik de dag ervoor nog had gesproken. Sommigen zag ik alleen bij het komen en gaan, maar aan de omhelzing kon ik voelen dat het nog steeds goed zat.
Zo ging het en het paste me als een oude jas.
‘Je kent leuke mensen,’ zei iemand en ook al wist ik dat natuurlijk wel, het was toch fijn het te horen.
En ik realiseerde me weer dat het gestress dat ik van tevoren had gedaan nergens voor nodig was geweest. Want natuurlijk hadden we genoeg, natuurlijk was er voor iedereen te eten en te drinken. Maar belangrijker: ook als dat niet zo was geweest, dan was dat geen probleem geworden en hadden we er alsnog een mouw aan gepast.
Want ik heb leuke mensen om me heen. En op een dag waarop je iets viert om niet overspoeld te worden door verdriet en verlies is dat misschien wel het mooiste cadeau dat je kunt krijgen.
Prachtig verwoord. Ook die conclusie van die ene bezoeker.
Ik heb het ook echt zo ervaren. Mooi om gesprekken te kunnen voeren met mensen die je eigenlijk niet kent maar met wie het dan toch op de een of andere manier goed, verbonden voelde. En dat het onmogelijk was dat iedereen met iedereen kon praten, ook dat was goed. Fijn om zo samen te weten en te vieren.