Sint

Sinterklaas is, meer nog dan het feest van kadootjes, het feest van herinneringen.
Herinneringen aan lang geleden, toen ik zelf nog een puber was, of nog kleiner, in de tijd dat we het vierden met mijn opa en oma en oom en tante.
Maar ook herinneringen van korter terug. Van ons eigen gezin, mijn lief en de nog kleine mientjes.
Die keer dat Grote Mien haar gymschoenen aan had getrokken en op wacht wilde zitten in de gang, om snel achter de piet aan te kunnen rennen, zodra hij op het raam klopte. De keer dat we overal in huis kadootjes hadden verstopt en de mientjes ze met behulp van een fotospeurtocht moesten zoeken. Hoe ze er maar niet over uit konden dat sinterklaas echt een foto van hun bed had kunnen maken zonder dat zij er iets van hadden gemerkt. Hoe dan, wanneer dan? Lees verder “Sint”

Vrolijk en droef

Daar gingen we, de puber en ik, naar de gemeente. De puber gewapend met een setje nagelnieuwe pasfoto’s en een grote envelop met daarin de felbegeerde verklaring van de deskundige. Dat het voor het echie was. Dat het niet zomaar een puberding was. Dat hij zich echt hij voelt.
En nu gingen we het officieel maken. Lees verder “Vrolijk en droef”

Vangnet

Lang geleden, toen de puber nog een erg klein Mientje was, hoorde ik in de kerk vanuit de crècheruimte een doordringend gehuil komen. Ik wist dat het niet die van mij was die huilde, want Mien vond het altijd leuk en gezellig op de oppas. Het gehuil stopte niet, werd zelfs nog een tandje harder en ik ging toch maar even kijken. De mensen in de crèche konden het kind duidelijk niet stil krijgen en wellicht konden ze wat extra handjes gebruiken. Mien bleek haar vingertje vakkundig in de lift van de speelgoedgarage te hebben gestoken, waarna die niet alleen niet meer op en neer ging, maar haar vinger ook muurvast zat. Lees verder “Vangnet”

Mandarijn

‘Heb je er nou serieus mandarijnen bij gelegd?’
Ik kijk naar de schaal met snoep waar de drie mandarijntjes die ik nog op de fruitschaal had liggen  inderdaad een beetje zielig hun best doen een gezond contrast te vormen. Ik kan zeggen dat ik de schaal zo leeg vond, zelfs met drie grote zakken snoep erop uitgestort, maar de inderhaast alsnog gekochte laatste zak had daar al een einde aan gemaakt.
‘Je weet maar nooit,’ zeg ik dus maar, schouderophalend, want hoewel dat als een cliché klinkt zit er wel enige waarheid in. Lees verder “Mandarijn”

Chocoladedagen

En ineens was het er weer: het rauwe, het scherpe, de pijn waartegen geen middel helpt. Misschien, dacht ik, komt het door het katterige jetlag-gevoel dat ik altijd heb als de klok wordt verzet. Misschien is het hoe snel het donker is, en hoe lang het nog duurt voor ik weer kan aftellen naar het licht. Maar het is zwaarder en moeilijker en er lijkt geen licht om naar uit te kijken. Lees verder “Chocoladedagen”

Seinfeld

Eindelijk stond het dan op Netflix. Ik had er al zó lang over gesproken, zó vaak hoog over opgegeven, zo naar uitgekeken dat de puber niet anders kon dan er met mij naar te kijken. Seinfeld.
De comedy die meer dan welke ook is verbonden met mijn jongere jaren. Meer nog dan de series die ik keek toen ik nog bij mijn ouders woonde, zoals de sitcom waarin een jonge Michael J. Fox schitterde en die door mijn oma fonetisch werd uitgesproken als “De familie Ties”.
Seinfeld. Mijn lief en ik waren er dol op, en veel opmerkingen en grappen grepen terug op afleveringen van de serie. De soepnazi, de muffintops, het overgeefrecord, de krimpfactor. Lees verder “Seinfeld”

Verleden

Het is een heel eind rijden, naar mijn lieve schoonzusje M en haar gezin. Met de huidige snelheidslimieten toch gauw tweeëneenhalf uur. En dan zijn er ook nog omleidingen, waardoor we noodgedwongen langs nog meer plaatsen van mijn jeugd komen dan toch al het geval zou zijn geweest. Lees verder “Verleden”

Dagje

Ze hadden me uit de appgroep gegooid, de groep notabene die mijn naam droeg. Het gaf niets. Mijn enige bijdrage tot dan toe was het grandioos negeren van de datumprikker omdat ik (boomer!) dacht dat die nog via de mail zou worden verstuurd.
Nu wilden ze even overleggen zonder mij.
Ik kreeg een dagje uit, voor mijn verjaardag. Er stond op die dag een grote mand vol prachtige bloemen op de tafel buiten, met daarbij de belofte van een gezamenlijke activiteit. Nu was het eindelijk zover. Bijna zes maanden om te bedenken wat het zou zijn en om me er onwijs op te verheugen.
Ik kreeg een korte uitleg, en hoefde verder niets te doen, behalve me te laten rijden en fêteren. Lees verder “Dagje”

Bagage

In mijn twintiger jaren moest mijn vader in de niersteenvergruizer. Dat kon niet in het plaatselijke streekziekenhuis en dus moest hij naar de grote stad, naar het ziekenhuis dat toen nog gewoon “het Academisch” heette. Mijn broer wilde bij hem op bezoek maar kon het niet. Het was aan dezelfde kant van het gebouw als waar zijn pasgeboren zoontje had gelegen, nog maar een paar jaar eerder. Hij moest door dezelfde gang als waar hij zo vaak had gelopen als hij naar zijn zoon ging, die slechts twee maanden oud mocht worden. En het lukte hem niet, hij kon het niet opbrengen. Lees verder “Bagage”

Sporten

Van huis uit ben ik geen sporter. Oké, ik heb me ten doel gesteld om dit jaar duizend mijl te wandelen, en als ik geen langslepende blessure had aan mijn voet zou ik waarschijnlijk allang weer zijn begonnen met de zoveelste poging om te rennen met Evy, maar daar blijft het ook wel bij. Vroeger heb ik een blauwe maandag aan ballet gedaan. Ik herinner met vooral de bozige juf die na de lieve “oma ballet” aantrad en die mij vooral steeds duidelijk maakte dat ik veel te dik was voor een gracieuze aangelegenheid als klassieke dans. Lees verder “Sporten”