Terwijl ik stijf van de corona koorts op de bank hang druppelen de kerstkaarten binnen. Lieve wensen van mensen die aan ons denken. Het voert me terug naar een blog dat ik vorig jaar schreef, een paar dagen na kerst. Hoe ik het lot tartte door alvast kaarten in te slaan voor het jaar daarna. Alsof ik er voetstoots vanuit kon gaan dat ik er de volgende kerst nog zou zijn. Nu ik het teruglees lijkt het alsof ik een akelig vooruitziende blik had.
Tegen de tijd dat ik voldoende energie heb verzameld om me naar de tafel te slepen waar de pubers de kaarten hebben neergelegd is het al een hele stapel geworden.
Innerlijk zet ik me schrap voor meelevende woorden. Ik ben wiebelig van de corona en het hele gedoe eromheen en weet niet of ik te veel liefs aan kan. Een fijne kerst ondanks alles, een eerste kerst zonder mijn lief, een rare kerst, in een leven dat op zijn kop staat.
Vreemd genoeg bevatten de meeste kaarten niets van dat alles. Gewoon fijne feestdagen en alle goeds voor 2021. Alsof het een kerst is als alle andere. Een jaar dat kan worden afgesloten met beloftes voor nieuwe avonturen in het jaar erna.
Waarschijnlijk is het lastig voor mensen om te weten wat te schrijven. Wat wens je iemand toe die haar leven in duigen heeft zien vallen? Voor wie feestdagen niet bestaan, alleen dagen die soms iets draaglijker zijn dan andere?
Ik vraag me af hoe het de verzenders verging bij het schrijven. Ze moeten een schokje hebben gevoeld toen ze de envelop beschreven. O ja, een naam minder, een persoon minder om het allerbeste toe te wensen. Of is het voor hen inmiddels zo gewoon geworden dat wij met zijn drieën zijn dat ze er nauwelijks nog een gedachte aan vuilmaken? De mensen van nummer 1XX, de vrouw met haar twee kinderen. Alsof het nooit anders is geweest. Misschien is dat nog erger, de herinnering binnen een paar maanden uitgewist. Naar, erg, ontzettend wat er gebeurd is. En weer doorrrrrr….
We hebben allemaal een vervelende kerst dit jaar. We zitten in hetzelfde schuitje. We zien minder mensen van wie we houden, moeten het doen met een kleiner gezelschap. Maar gedwongen kerst vieren met je eigen gezin is iets anders dan binnen dat gezin een geliefde te missen. Kerst vieren met je lief en je kinderen klinkt als een heerlijke droom. Wat zou ik graag in dat schuitje zitten.
En of het nou de koorts is, of de corona, of het feit dat ik mijn jongste, die nog niet te pakken is genomen door het coronamonster, niet eens kan knuffelen in deze donkere dagen voor kerst, maar daar komen de tranen alweer. Ondanks de lieve wensen voel ik me zieliger dan ik me in tijden heb gevoeld.
Van de twee voornemens in mijn blog van vorig jaar heb ik er één in ieder geval bijna volbracht: ik heb het volgehouden tot aan deze kerst. Ik ben er nog. De andere, dat ik de mensen om me heen met kerst laat weten wat ze voor me betekenen laat ik aan me voorbij gaan dit jaar.
Niemand zit te wachten op kerstwensen die niet meer zijn te lezen door de tranen die erop zijn gevallen.
Xxx
Inderdaad, wat kún je zeggen … Ik kom morgen wat brengen. Geen kaart. Wel een briefje met uitleg erbij, zodat ik het je niet hoef uit te leggen en je het kunt lezen wanneer je zin, voldoende energie hebt.
Sterkte
En het blog waar naar wordt verwezen lees je hier:
https://www.ingridmulder.nl/uncategorized/honderdtwintig/