Daar gaan we dan, op onze trip die velen als vakantie zien maar die voor ons toch echt aanvoelt als een reis.
Ik heb er naar uitgekeken en tegenop gezien, en vaak gelijktijdig. Om zoveel verschillende redenen.
Het autorijden, helemaal alleen, met niemand naast me die na een paar uur het stuur kan overnemen. Het zo lang van huis zijn. Het buiten mijn veilige bubbel zijn, en de zorgen die daarbij horen niet kunnen delen met mijn lief, die altijd zo goed kon relativeren. De trip die we altijd samen deden. Al die herinneringen langs ’s Heeren wegen.
De keer dat we pauzeerden bij een restaurantje dat ons een geweldig uitzicht beloofde, maar uiteindelijk alleen op de snelweg uitkeek. Dat we al toen we aankwamen en het toilethokje buiten zagen hadden kunnen weten dat het foute boel was. Dat we de enige gasten waren, was nog de duidelijkste aanwijzing, zei de puber later. Hoe we baalden en tegelijkertijd moesten lachen omdat het leuke restaurant dat we nog kenden van de vorige keer een paar honderd meter verder bleek te zitten, terwijl wij dachten dat we het voorbij waren gereden en alleen daarom bij die andere tent waren gestopt.
De boot, met het winkeltje.
‘Weet je nog, de eerste keer met de boot, dat we beessie kochten?’ Hoe kon ik het knaloranje rubberachtige ding vergeten, met zijn langgerekte lijf, zijn slappe stekels en zijn ogen die uitpuilden als je in hem kneep. De foto van de toen nog mini-mientjes met mijn lief langs de reling kan ik uittekenen. De glimlach van de oudste, met de bruin geworden tand die er op de terugweg, op de lange brug tussen Zweden en Denemarken, toen ik me realiseerde dat ik écht wegreed bij mijn familie, ineens uitviel. Te laat voor een smetteloze glimlach op de vakantiefoto’s.
In alles zal ik mijn lief missen, want hij zal er in alles zijn.
En als ik mijn broer na die ellendige coronajaren weer in de armen kan sluiten zal het ook over mijn lief gaan. Omdat alle troost die tot nu toe kon worden gegeven online moest. Zelfs het aanwezig zijn bij de uitvaart, voor zover je daarvan kan spreken met alle beperkingen van de allereerste lockdown, was via een livestream.
En toch gaan we. Met de auto volgeladen en nog veel meer bagage dan het oog kan zien.
Met al onze herinneringen, liefde en gemis.
Met onze kracht, en lef en moed.
De tocht in hapklare brokken verdeeld om zo de berg om tegenop te zien iets te verkleinen.
We gaan.
Op vakantie.
Op reis.
Mooi ❤️