Project

‘Mijn ouders maken nooit iets af,’ hoor ik Grote Mien zeggen tegen een vriendin. Ze zegt het met de opgewektheid van iemand die het leven neemt zoals het komt, niet als iets waaronder ze gebukt gaat. En toch komt het aan. Ze heeft gelijk. De keuken, die in mei is geplaatst is nog steeds niet af, waardoor onze woonkamer al een paar maanden voelt als een tijdelijke behuizing in afwachting van betere tijden. De regenboogtrap die op papier zo’n leuk idee was, is verworden tot een onderwerp van een blog van meer dan een jaar geleden. Zo zijn er meer onafgemaakte dingen in huis. Projecten noem ik ze liever. Dat geeft nog de illusie dat ze ooit… misschien wel snel…

Ik had het plan opgevat om mijn mooie witte trenchcoat, waar het echte wit wel vanaf was, te verven. Het vereiste een gang naar de drogist én de supermarkt voor verf en zout, en toen kon ik aan de slag. In mijn enthousiasme had ik per abuis verf gekocht die niet in de wasmachine kon maar met de hand moest worden aangebracht. Dat was de eerste tegenslag.
Het resultaat werd een vlekkerig roze jas en niet vlekkerig als in apart of hip of bijzonder. Ik zette hem teleurgesteld in een emmer met water en chloor om te ontkleuren en kocht alvast nieuwe verf voor een tweede poging.

Op vakantie schrok ik ineens na een paar dagen op uit mijn boek. ‘O nee! Mijn jas!’ Dat was het moment waarop het verven een project was geworden.
Na de vakantie was ik vastberaden dit project in ieder geval binnen een relatief redelijke tijd af te ronden. Maar tussen droom en daad stonden vogelpoep in de emmer, onvoorziene vlekken en een schier eindeloze berg vakantiewas.

Maar toen. Eindelijk eindelijk, wist ik het vuur in mij genoeg op te stoken om de jas niet alleen af te spoelen, schoon te maken en grondig te ontkleuren, maar ook nog eens helemaal opnieuw te verven. De plastic zakjes die ik gebruikte bij gebrek aan latex handschoenen lekten, zodat mijn handen knalroze kleurden bij het inmasseren van de verf en ik sluit een verfspetter of -vlek hier en daar niet uit, maar het lukte. Het resultaat was prachtig, op het eerste gezicht tenminste. Nu moest de jas alleen nog even in de wasmachine en dan.. voilà, een heus afgerond project om af te vinken van het lijstje en bovendien een goed voorbeeld voor de mientjes.

Dan belt mijn lief met slecht nieuws over mijn jas.
‘Hij is toch niet alsnog vlekkerig geworden, hè?’ vraag ik ongerust dat ik alles nóg een keer moet doen.
‘Eh… nee, dat niet…’
De wasmachine heeft hem opgevreten en daarna gebutst en in stukken uitgespuugd. Het achterpand is aan flarden en aan de mouwen is te zien welke strijd het mooie roze kledingstuk heeft moeten leveren om uit de klauwen van zijn aanvaller te blijven. Mijn lief laat ’s avonds schuldbewust zien wat er stuk is aan de wasmachine waardoor dit heeft kunnen gebeuren. ‘Het valt vast wel te repareren,’ zegt hij er hoopvol bij.
Een nieuw project is geboren.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *